Verenigingsnieuws
I
Themabijeenkomst Grenzen stellen
Opvoeden, zeker zieke kinderen, is een hele klus
Op 20 maart hield VKS een themabijeenkomst “Grenzen stellen” in Etten-Leur. Rob Willers is orthopedagoog
bij Sensis, een instelling waar een aantal van onze BSV leden woont. Rob Willers vertelde over grenzen stellen
bij opvoeden van zowel gezonde als zieke kinderen. ‘Strikt genomen kun je stellen dat elk kind moet worden
opgevoed, dat geen enkel kind zichzelf kan opvoeden. Bij opvoeding hoort grenzen stellen. Dat is een gegeven,
waar niemand aan ontkomt.
Een kind, ook een kind met een
beperking, heeft vrijwel altijd de drang
tot exploreren/onderzoeken en tot
experimenteren en moet, ook om zijn
eigen veiligheid, leren wat mag en
niet mag. Een kind heeft structurering
nodig, omdat het nog geen of alleen
maar een beperkt oordeel heeft over
de gevolgen van zijn handelen.
Grenzen stellen loopt vaak uit op een
botsing tussen ouder en kind, waarbij
óf de ouder wint (door gezag) of het
nee roepende, van boosheid rood
aangelopen en stampende kind wint.
Maar als grenzen stellen altijd uitloopt
op zo’n botsing kan het kind zijn
ondernemingslust, z’n geestdrift en
zelfbesef verliezen en dat is niet goed.
Beperkingen opleggen is nodig
Het is belangrijk om de behoefte
van het kind te zien en niet alleen
vrijheidsbeperking op te leggen. Een
redelijk aantal beperkingen is goed
voor een kind. Het kind weet waar
het aan toe is en doordat je als
ouder beperkingen instelt, laat dat
ook de autoriteit zien van de ouders
als mensen die te begrijpen en te
vertrouwen zijn. Een kind is niet in
staat zijn eigen impulsen te
beheersen en heeft bescherming
nodig. Als je geen beperkingen
oplegt, blijft het kind zoeken naar de
grens/beperking. Het is wel
belangrijk om het begripsniveau van
het kind in de gaten te houden. Ook
heeft een kind een plaats nodig om
stoom af te blazen en waar hij rustig
kan spelen. Een kind dat deze
dingen mag, zal er gemakkelijk
overheen komen dat er ook
dingen niet mogen.
Gevaar voor overbescherming
Vooral bij een ziek kind is er gevaar
voor overbescherming. Dan kan het
kind onzeker en angstig worden.
Een buil of een schram oplopen,
hoort bij de ontwikkeling, ook van
zieke kinderen. Belangrijk is duide-
lijkheid en consequentheid bij het
bepalen van grenzen en tegelijkertijd
een mate van soepelheid en een be-
reidheid om waar mogelijk het kind
de gelegenheid te geven zelf ontdek-
kingen te doen. Verder moeten we
het protest van kinderen begrijpen,
ze hoeven het verbod niet leuk te
vinden, en wij hoeven ons niet bele-
digd te voelen.
Ander perspectief
Willers: ‘Het is mijns inziens veel
moeilijker om een goed opvoeder te
zijn van kinderen, die een ziekte met
zich dragen.’ Kinderen met een stof-
wisselingsziekte hebben vaak een
ander perspectief, een korter leven.
Ook speelt mee hoe ziek je kind is,
wat de gevolgen zijn van de ziekte,
waartoe het nog in staat is en als het
kind dan nog iets doet en het zou
eigenlijk verboden moeten worden,
moet je dat dan wel doen en vooral
ook kun je dat dan ook opbrengen?
Ben je emotioneel dan in staat die
grenzen te stellen? Je wilt je kind in
het korte leven dat hij heeft, zoveel
mogelijk geven, zoveel mogelijk laten
beleven, zoveel mogelijk ruimte en
vrijheid laten. Ook speelt mee hoe
het is gesteld met het leervermogen
van het kind. Grenzen stellen doe je
mede met het oog op later en je gaat
daarbij uit van leervermogen. Als je
kind dat binnen de kortste keren weer
vergeet en niet meer kan leren, moet
je dan wel grenzen stellen? Een op-
lossing is je kind uit de zone van de
verleiding halen en een andere be-
zigheid suggereren of je kind afleiden.
Goed gedrag belonen, is goed voor
het zelfvertrouwen van het kind.
Dilemma
Willers: ‘Het lastigste dilemma in mijn
ogen voor jullie als ouders van jullie
kinderen is het feit dat je ze in hun
korte leven alles wilt geven, alles voor
hen wilt doen, alle vrijheid gunt om
maar zoveel mogelijk te beleven,
geluk, ontspanning en plezier als
tegenhanger tegenover dat ellendige
noodlot dat jullie heeft getroffen.
Het cruciale is echter dat in dat
zoveel mogelijk geven” helaas het
geven van beperkingen een -liefst zo
beperkt mogelijke- rol moet spelen.’
Tot slot nog een nadenkertje:
beheerst de ziekte jou of beheers jij
het leven met de ziekte? Je eigen
leven leiden, is nodig om het op te
kunnen brengen om voor je
kind(eren) te zorgen. Zoals een van
de deelnemers zo mooi zei: ‘Een
moederhart laat nooit los, handen wel.’
Marjolein van der Burgt, met dank aan
Rob Willers
Grenzen stellen hoort per definitie bij de opvoeding