Februari 2012
15
3.8
Overige betrokken zorgverleners
Huisarts
De behandeling van VLCADD vindt primair plaats in een Universitair Medisch Centrum.
De huisarts kan ondersteuning bieden bij alledaagse lichamelijke klachten en ondersteuning en
begeleiding bieden aan patiënten en hun ouders.
De huisarts wordt door de kinderarts, nadat de diagnose gesteld is, hierover geïnformeerd.
De huisarts wordt gemiddeld één keer per jaar op de hoogte gebracht over de huidige
omstandigheden met betrekking tot de algehele gezondheid en VLCADD door de arts metabole
ziekten.
De huisarts kan informatie inwinnen bij de kinderarts metabole ziekten (of het expertise
centrum) als er klachten zijn die mogelijk verband kunnen houden met VLCADD.
De huisarts informeert de kinderarts bij diagnose van andere ziektebeelden en grote
beleidswijzigingen die mogelijk van invloed kunnen zijn op VLCADD.
Kinderarts in een niet-academisch ziekenhuis
De behandeling van VLCADD vindt primair plaats in een Universitair Medisch Centrum.
De kinderarts in een niet-academisch ziekenhuis heeft een belangrijke rol bij de behandeling
van acute situaties met betrekking tot VLCADD. Behandeling vindt dan plaats volgens het
noodprotocol, waarbij laagdrempelig overleg kan plaatsvinden met de kinderarts metabole
ziekten.
De informatieoverdracht tussen de hoofdbehandelaar en algemeen kinderarts is als volgt:
De hoofdbehandelaar informeert de algemeen kinderarts of internist over de
voorgeschiedenis, het ziektebeeld en de actuele gezondheidstoestand.
De hoofdbehandelaar zorgt globaal één keer per jaar voor een overdracht over de huidige
omstandigheden en het actueel noodprotocol.
De algemeen kinderarts stelt de hoofdbehandelaar op de hoogte bij opname en informeert
na ontslag over het beloop en bevindingen tijdens de opname.
Verpleegkundige
Verpleegkundigen zijn betrokken bij:
De dagelijkse persoonlijke verzorging van de patiënt tijdens klinische opname.
Verpleeg-technische handelingen, zoals het inbrengen van een
o
Verlenen van medische zorg, zoals observatie van patiënten en toedienen van medicatie.
Begeleiden van patiënten, zoals bij de omgang van de patiënt met ziekte en behandeling en
het bevorderen of aanleren van zelfredzaamheid.
Apotheker
De apotheker verstrekt de voorgeschreven en zelfzorg medicijnen aan de patiënt. Hierbij heeft
hij aandacht voor mogelijke interacties, bijwerkingen en contra-indicaties.
De apotheker adviseert de patiënt over de wijze van gebruik van het medicijn en de
bijwerkingen.
De apotheker geeft desgevraagd advies aan de hoofdbehandelaar over eventuele alternatieven
voor de voorgeschreven medicatie.