Mei 2016
9
Hart:
Meet pols en tensie. Ausculteer het hart naar pathologische harttonen. Percuteer de
hartgrenzen voor cardiomyopathie.
Ademhalingspatroon:
Let op voorkomen van dyspneu, tijdelijke apneu, hyperventilatie of
een cheyne-stokes ademhalingspatroon.
Dystonie:
Kwantificeer de mate en ernst van de dystonie en of deze uni- of bilateraal
aanwezig is.
Hypotonie:
Bekijk goed of er sprake is van proximale of distale spierzwakte.
Een ernstige encephalomyopathie presenteert zich met een uitgesproken hypotonie of
hypertonie, zwakte van de ademhalingsspieren die eventueel ademhalingsondersteuning
vereist en voedingsproblemen.
Looppatroon:
Beoordeel of het kind zelfstandig kan staan en kan lopen.
Het loop- en renpatroon kan afwijken door dystonie van de voeten en/of benen. Let op
ataxie.
Oogbolmotoriek en visus:
Let goed op de oogbolmotoriek en beoordeel of de ogen
geconjugeerd meebewegen en er geen sprake is van een blikparese. Nystagmus kan
voorkomen. Meet de visus en verwijs bij een afwijkende visus door naar een oogarts in
verband met een mogelijke opticusatrofie of centraal visuele insufficientie.
Gehoor:
Sudden deafness komt voor bij Leigh, eenvoudige gehoortesten zijn aangewezen
en indien afwijkend kan er aanvullend BERA gedaan worden.
Gastro-intestinaal:
Verwijs bij darmproblematiek, pseudo-obstructie naar de kinder-MDL
arts.
Andere organen zoals, hart, lever of nieren kunnen betrokken zijn.
2.3 Diagnostiek
Drie criteria zijn vereist voor het vaststellen van Leigh:
1.
Klinisch bewijs van dysfunctie van de basale ganglia en/of hersenstam aan de hand van
het lichamelijk onderzoek en/of de MRI.
2.
Een cognitieve en/of motorische ontwikkelingsachterstand en beperkingen.
3.
Een abnormaal energiehuishouden gekenmerkt door een defect in OXPHOS, PDHc of
een aanverwant gen dat betrokken is bij oxidatieve fosforylering, of een verhoogde
lactaat gemeten in liquor of serum.
Bij het ontbreken van criterium 3 wordt het Leigh-like syndrome begrip gehanteerd.
Vaststellen diagnose Leigh
Gouden standaard: Vaststellen mutatie(s) in een met Leigh geassocieerd gen. Methoden zijn
o.a. Next Generation Sequencing (NGS) van het mtDNA of Whole exome sequencing van
mitochondriele genen.
Bij een verdenking op Leigh wordt een spierbiopt gedaan uit de m. quadriceps (bij voorkeur een
naald biopsie). Het spierbiopt wordt op drie manieren bekeken:
o
Histologie:
Er wordt gezocht naar aanwijzingen voor een mitochondriële myopathie,
gekenmerkt door een intracellulaire proliferatie van de mitochondria. De aanwezigheid van
Ragged Red Fibres in de Gomori trichroom kleuring is pathognomisch voor mitochondriële
dysfunctie.
In de Gomori-kleuring vertoont het spierweefsel een milde tot duidelijke proliferatie van
mitochondria met een randaankleuring en een gespikkeld sarcoplasma.