Wisselstof 1-2012 - page 17

15
zoek plaatsvinden. Ook kan er daarna nog een aanvullend
huisbezoek noodzakelijk zijn. De gemeente huurt een onaf-
hankelijke ergo- of fysiotherapeut in (dus niet de vaste be-
handelaar van de patiënt), bijv. in geval van uitgebreide
rolstoel- of woningaanpassingen.
Indien de aangevraagde voorziening niet door de gemeente
wordt toegekend, dan kan de cliënt “in bezwaar” gaan. De
gemeente zal er naar streven om de aanvraag zo spoedig
mogelijk af te handelen. Soms lukt dat echter niet, bijv.
omdat er sprake is van administratieve achterstanden of de
door de aanvrager aangeleverde gegevens niet volledig zijn.
Soms ook, omdat er nog aanvullende medische informatie
bij de behandelende sector opgevraagd moet worden.
Echter, tegenover de compensatieplicht van de gemeente
staat de plicht van de burger om eerst binnen zijn/haar eigen
netwerk naar oplossingen te zoeken. Indien dat laatste niet
mocht lukken, dan pas kan hij/zij zich met een aanvraag tot
de gemeente wenden.
Terug naar Mette
Indien beide ouders fulltime werken en laat thuis komen, zal
de gemeente hiervoor zeker extra uren hulp bij het huishou-
den toekennen. Bij het vaststellen van de aanspraak op hulp
bij het huishouden wordt allereerst bezien of en in hoeverre
andere personen binnen de leefeenheid zelf de problemen
kunnen oplossen. Het totale aantal geïndiceerde uren, is
Tips voor WMO-aanvraag
- Breng onder woorden op welk vlak je compensatie nodig hebt, wat je dagelijkse beperkingen zijn en geef duidelijk aan
waarom, waarvoor en hoe vaak.
- In de brief van de (huis)arts moet staan wat de diagnose is, en zeker de voorgeschreven medicatie en de belastbaarheid
is (bijv. bij een longprobleem, wat de uitslagen van de longfuncties zijn).
- Kijk voor de aanvraag in je eigen netwerk of je hulp kunt verwachten (zo wel, dan kan de aanvraag afgewezen worden).
- Als de aanvraag afgewezen is, kun je in beroep gaan.
Wilt u meer weten over specifieke onderdelen van de WMO (bijv. vervoersmogelijkheden of woningaanpassingen), mail uw
vraag dan naar
. Dan kan Ron Mannak er in een volgend artikel uitgebreider op in gaan.
echter ook afhankelijk van eventueel beschikbare mantel-
zorg. In de praktijk blijkt er vaak een grootouder te kunnen
bijspringen. Daarnaast kunnen oudere kinderen ook een bij-
drage leveren. Bij een aanvraag voor hulp bij het huishou-
den, moeten al deze aspecten allemaal meegewogen
worden om het aantal uren vast te stellen.
Het is echt maatwerk. Voorts kan er afhankelijk van de
diagnose immers nog meer nodig zijn, dan alleen hulp bij
het huishouden. Denk bijv. aan een rolstoel. Ook kan er bijv.
bij de cerebrale vorm van adrenoleukodystrofie, afhankelijk
van de leeftijd c.q. het niveau van de psychomotore/psy-
chomentale ontwikkeling nog begeleiding vanuit de WMO
of zelfs vanuit de AWBZ nodig zijn. En bij sommige mito-
chondriële ziekten, waarbij er op latere leeftijd kans is op le-
vensbedreigende hart- en longproblemen, kan er bijv. via de
Zorgverzekeringswet enigerlei vorm van “ademondersteu-
ning” noodzakelijk zijn.
Tot slot moeten gezinnen rekening houden met de gebrui-
kelijke zorg: dit is de normale, dagelijkse zorg die partners of
ouders en inwonende kinderen geacht worden elkaar on-
derling te bieden. Dit omdat ze samen een huishouding voe-
ren en hiervoor samen verantwoordelijkheid zijn.
Ron Mannak, indicerend en adviserend arts
Het totale aantal geïndiceerde uren, is echter ook afhankelijk van
eventueel beschikbare mantelzorg.
1...,7,8,9,10,11,12,13,14,15,16 18,19,20,21,22,23,24,25,26,27,...28
Powered by FlippingBook